Wie zitten er achter dit dorpsinitiatief?

Om te weten wat het dorpsinitiatief precies inhoudt en wat voor rol jij als gemeente kunt spelen, zul je eerst moeten achterhalen wie deze initiatiefnemers precies zijn. Zoek uit wie daarvan de sleutelfiguren en woordvoerders zijn, en je kunt proberen de samenwerking met de bewoners vorm te geven.

Wacht dus niet tot de bewoners op jou af komen met een vraag of een plan, maar probeer contact te leggen als je de eerste signalen ontvangt. Al was het alleen maar om te laten zien dat je weet wat er speelt en er belangstelling is voor het wel en wee van een dorp. Eens in de zoveel tijd een vergadering van de vereniging voor Dorpsbelangen bijwonen is vaak niet genoeg.

‘Dorpsbewoners geven aan dat het goed zou zijn als ze de ambtenaren in het gemeentehuis beter zouden kennen,’ is ook de conclusie van het rapport Leefbaarheidsinitiatieven op het platteland. ‘Door de opschaling zitten ze ver weg en is er geen regelmatig contact meer. Daarvoor moeten de ambtenaren volgens hen meer naar buiten komen en zich meer onder de mensen begeven om te snappen waar het hen om te doen is.’

Bijvoorbeeld in:

Onderdendam

In Onderdendam had een groep burgers ideeën over een nieuwbouwproject op de plaatselijke Stadsweg. De woningen die er stonden waren beschadigd door de gasbevingen en zouden worden gesloopt. Ze waren eigendom van de regionale woningbouwvereniging, maar de burgers, verenigd in de HOO (‘Houd Onderdendam Overeind’) wilden op deze plek het liefst een mengeling van ouderen en jongeren, zo lieten ze weten.

De gemeente (destijds Bedum) zocht contact met de groep, bleek positief over dit initiatief en organiseerde een gesprek tussen dorpsbewoners, de gemeente en de woningbouwvereniging Wierden en Borgen. Deze laatste besloot uiteindelijk op deze plek mee te doen aan het pilotproject 'dorpseigen bouwen' – een initiatief van de gemeente (Bedum) en de NCG – en zo ontstond het plan voor zes nieuwe levensloopwoningen die in het dorpsbeeld passen, aardbevingsbestendig zijn en energiezuinig.

Gemeentelijke instrumenten

Wat zijn de mogelijkheden voor gemeenten om dorpsbewoners met hun initiatieven te ondersteunen? Dat zijn er drie: regelingen & besluiten, gemeentelijke organisatie en financiën.

1. Regelingen en besluiten

Elke gemeente heeft het lokale gezag over tal van zaken. Deze zijn vaak vastgelegd in verordeningen, vergunningen of besluiten. Zo regelt een plaatselijke verordening bijvoorbeeld of iets openbaar toegankelijk is of niet, verleent de gemeente een horecavergunning, neemt een verkeersbesluit of stelt een bestemmingsplan vast.

Maar ook een gemeentelijke visie kan rechtskracht hebben wanneer deze publiek gedeeld wordt. Hiermee legt een gemeente vast wat ze van plan is en hoe ze daarmee voor een bepaalde periode voorspelbaar wordt. Een dorpsvisie kan zo bijvoorbeeld aan kracht winnen als deze door onze gemeente vastgesteld wordt en later als uitgangspunt voor overkoepelende visievorming gehanteerd wordt

2. Gemeentelijke organisatie

De gemeente geeft uitvoering aan wettelijke en niet-wettelijke taken. Vaak zijn deze in domeinen of beleidsvelden vastgelegd en te herkennen in de gemeentelijke begroting en wordt dit met ons gedeeld via website of krant. Vroeger deden gemeenten veel zelf maar tegenwoordig wordt veel uitbesteed.  

Een alternatief daarbij is de publiek-private samenwerking waarin de overheid met bedrijven of maatschappelijke ondernemingen (bijvoorbeeld een burgercollectief) kan samenwerken. De uitvoering en coördinatie van taken verloopt via de ambtelijke organisatie vaak ook in overleg met de inwoners (participatie). Door beleid op te stellen wordt richting gegeven aan deze organisatie.

Beleid wordt veelal door de gemeenteraad vastgesteld en door het college van B&W uitgevoerd. Invloed hebben dorpsbewoners dus via de gemeenteraad en het is voor hen handig daar mensen te (leren) kennen.

3. Financiën

Via de rijksoverheid of middels lokale heffingen ontvangen gemeentes belastinggeld om te besteden aan de uitvoering van haar taken en het bereiken van de beleidsdoelen.

Dit kan ze doen door te betalen voor de uitvoering van die taken, door samen te werken met bedrijven of burgers maar ook door leningen te verstrekken, garant te staan en subsidies of steun te verlenen om beleidsdoelen te halen. Dit kan rechtstreeks met burgers of bedrijven maar ook met (burger)collectieven of bijvoorbeeld coöperaties.