Dorpsbelangenvereniging Den Andel is netwerkorganisatie

Den Andel in 5

In 2017 kreeg de Dorpsbelangenvereniging Den Andel een nieuwe voorzitter en die pleitte ervoor om van de vereniging een netwerkorganisatie te maken. ‘Iedereen met een bepaalde passie moet iets kunnen doen en betekenen in Den Andel’, zei de voorzitter. ‘Dat is het uitgangspunt: zoveel mogelijk mensen mee laten doen.’ De meeste dorpsbewoners waren het met die visie eens en sindsdien heet Dorpsbelangen ook wel ‘Netwerk Den Andel’.

In de praktijk betekent deze koerswijziging dat bewoners van Den Andel die ideeën of plannen hebben zelf aan de slag gaan om deze te realiseren. Dorpsbelangen ondersteunt dit met advies, netwerkconnecties en beschikbare publiciteitsmiddelen zoals de website en de dorpskrant. ‘Heb je klachten over het verkeer? Formeer maar een werkgroep. Degene die er het meeste last van hebben, moeten maar die werkgroep op gaan richten. Dan moet je draagkracht zien te krijgen, samen met ons.’

Toen twee bewoners bijvoorbeeld aankwamen met het idee om het voormalige voetbalveld om te zetten in een Dorpstuin (Dorpsmoestuin), ondersteunde Dorpsbelangen dit van harte, maar de verantwoording voor de uitvoering en de exploitatie bleef bij de initiatiefnemers.

‘Het bestuur van deze vereniging wordt dan ook iedereen die actief een bijdrage levert aan een van de thema’s. De thema’s of interessegroepen bestaan uit minimaal 2 mensen die een onderwerp op basis van ieders talent, passie en interesse invullen. Deze personen zijn zogezegd verantwoordelijk voor hun thema binnen het netwerk. Dat kan betekenen dat ze actief een trekkersrol vervullen of meer op de achtergrond doorverwijzen naar de juiste spelers binnen het netwerk die wellicht met een idee verder kunnen gaan. Ieder zal het op zijn eigen wijze vervullen en hierin is samenwerking en communicatie de crux. De groepen komen, indien gewenst, maximaal 4 tot 5 keer per jaar bijeen om uit te wisselen wat er speelt zoal speelt. Daarnaast is het dorpsportaal het centrale punt binnen alle communicatiestromen.’