Bestuur, democratie en organisatie
Vanuit de dorpen willen we graag contact hebben met de gemeente en willen we dit goed kunnen organiseren.
De belangrijkste vragen die wij als dorpsbewoner hebben zijn:
- Wie is ons aanspreekpunt bij de gemeente voor ons dorp?
- Hoe kunnen we weten hoe de gemeentelijke overheid het beste gestuurd kan worden?
- Hoe zorgen we ervoor dat dorpsbewoners en gemeentelijke overheid elkaar beter begrijpen?
- Hoe kan de overheid weten wat er speelt onder de dorpsbewoners?
- Hoe zorgen we ervoor dat de ambtelijke organisatie ook tijd heeft voor het dorp?
Dorpsloket (lokaal gemeentelijk aanspreekpunt)
Wat wil ADA?
Organiseer een gemeentelijk loket: een aanspreekpunt waar burgers en dorpsbelangenverenigingen vragen kunnen stellen over individuele dorpsplannen, dorpsvernieuwing, schade en versterking, dorpsregelingen, -subsidies, etc.
Hoe kun je dit als gemeente voor elkaar krijgen?
Zorg ervoor dat elk dorp een integraal aanspreekpunt heeft en houdt. Zorg er ook voor dat de verantwoordelijke ambtenaar/consultant daar genoeg tijd en budget voor heeft. Zorg er ook voor dat deze medewerker voldoende verbinding heeft met de rest van de (ambtelijke) organisatie zodat vragen, kwesties en zaken opgelost kunnen worden.
Hoe pas je dit toe als gemeente?
Installeer een steunpunt, dorpsondersteuner, dorpsbouwmeester, probleemoplosser, coöperatie-maker, gebiedsregisseur of gebiedsmanager en geef deze voldoende tijd, budget en verantwoordelijkheid zodat deze gesprekken kan voeren met het dorp. Deze dorpsondersteuner moet voldoende kennis hebben om vragen door te leiden naar de rest van de organisatie. Tijdens het maken of actualiseren van een dorpsvisie of het uitvoeren daarvan kan de samenwerking tussen deze gemeentelijke ondersteuner en het dorp zeer intensief zijn, maar in andere perioden wellicht beperkt worden tot een inloopuurtje en/of overleg met de dorpsvereniging.
Wie is daarvoor geschikt?
De (ambtelijke) dorpsondersteuner denkt integraal, heeft tijd en aandacht en weet wie je moet hebben binnen de rest van de ambtelijke organisatie om tot realisatie van een idee te komen. De dorpsondersteuner is daarbij niet gehouden om elk willekeurig idee maar tot uitvoering te doen komen maar geeft in overleg met collega’s aan in hoeverre de gemeente een idee kan en wil faciliteren. Daarbij worden zowel een kritische houding als de nodige creativiteit verwacht zowel richting de gemeentelijke (ambtelijke) organisatie als richting dorp en individueel.
Ondersteuning dorpsvereniging
Wat wil ADA?
Als dorp en dorpsbewoners kunnen we niet alles bijhouden wat er speelt in de gemeente en in ons gebied. We vragen de gemeente om hulp om ons te organiseren in een dorpsvereniging of een andere vorm (coöperatie, stichting, etc). Daarbij willen we voorkomen dat er een onduidelijke vertegenwoordiging plaatsvindt.
Hoe kun je dit als gemeente voor elkaar krijgen?
Gemeenten kunnen kennis beschikbaar stellen aan het dorp en zijn bewoners over organisatievormen en dorpsraadpleging. Ervaringen met andere dorpen, verenigingen, coöperaties en stichtingen spelen daarbij een belangrijke rol. Zie deze organisatie als een belangrijke methode voor informatie-inwinning en debat, en daarmee voor de bijdrage aan de kwaliteit van democratische besluitvorming. Gemeenten zouden financieel moeten bijgedragen aan zaken welke binnen het takenpakket of beleid van de gemeente passen en die een plek kunnen krijgen binnen de dorpsvereniging de huisvesting daarvan.
Hoe pas je dit toe als gemeente?
Binnen gemeenten is er kennis over de verschillende soorten dorpsorganisaties. Als dit er niet is, moet het ontwikkeld worden. Bovendien moet er contact zijn met verschillende dorpen en de bestaande dorpsorganisaties. Dit is een taak voor de dorps-/gebiedsondersteuner. Er wordt gezamenlijk overlegd over de vorm en manier van informatieuitwisseling. Welke maatschappelijke taken kunnen vervuld worden? En welke rol speelt huisvesting daarbij? Zo kan een dorpshuis of-kamer ook gebruikt worden voor dagbesteding of opvang, het verenigingsleven of het welzijns - en vrijwilligerswerk.
<hr>
Ontwikkelen, opstellen en verbeteren dorpsvisie
Wat wil ADA?
Gemeenten zouden het proces tot de vorming van een dorps- of gebiedsvisie moeten begeleiden, helpen om het vast te leggen of te verbeteren, en om deze visie te gebruiken als basis voor verdere visievorming over het dorpsleven, -welzijn en -ontwikkeling. Ook wanneer ons dorp zelf nog niet met deze vraag gekomen is, willen we graag uitgenodigd worden om mee te denken hierover.
Hoe kun je dit als gemeente voor elkaar krijgen?
Zet medewerkers in en huur vakspecialisten in om dit proces te begeleiden. Ondersteun het visietraject dat door inwoners zelf uitgevoerd wordt financieel. De gemeente is en blijft verantwoordelijk voor het beleid en kan daarom de dorps- of gebiedsvisie gebruiken om (ruimtelijke) besluiten en afspreken te maken. En ook kan deze dienen als uitgangspunt voor verdere visievorming.
Hoe pas je dit toe als gemeente?
De gemeentelijke dorpsondersteuner speelt in op lopende processen of nodigt het dorp uit. De dorpsondersteuner kent de dorpsvisie of nodigt het dorp uit om er een op te stellen of om deze periodiek te actualiseren. Gemeenten dragen financieel bij voor informatie en advies, maar ook voor het mogelijk maken van enquêtes, bijeenkomsten, presentaties, maquettes etc. Dit kan natuurlijk ook in natura (menskracht), als gemeenten daartoe de mogelijkheden hebben. Als er nog geen dorpsorganisatie in het dorp is helpt de gemeente het dorp om deze formeel of informeel op te zetten waarbij een evenwichtige informatie-inwinning het uitgangspunt is (zie ook Ondersteuning dorpsvereniging hierboven).
Hoe ziet zo’n visie eruit?
In de visie staat hoe het dorp zichzelf ziet en waar het in de komende jaar naartoe wil werken. Bijvoorbeeld over hoe de straten, het groen en de speelplekken er uit zouden moeten zien, hoe de verkeerssituatie kan verbeteren, waar een dorpsommetje mogelijk is, waar gebouwd mag worden en hoe het dorp bijvoorbeeld energieneutraal zou kunnen worden en aangesloten raakt op (snel) internet.
<hr>